Als kind ben ik gestopt met huilen.

En nu kan ik niet meer stoppen met huilen.

‘Huilen lost niks op. Maar sinds ik weet dat ik geen mama word, huil ik zwembaden vol. En wat brengt het me. Niks. Geen kindje. Nooit samen een gezin. Dat is gewoon een gegeven. Dus ik wil stoppen met huilen. Ik wil dit niet. Ik moet sterk zijn, want ik moet door. Huilen lost niks op.’

Ik kijk haar aan. Ze vecht tegen haar tranen. Het waterpeil stijgt. Ik vertel haar dat nee-zeggen tegen huilen eigenlijk nee-zeggen is tegen al haar emoties en gevoelens in haar lijf. En dat voor rouwen geen vaste termijn of tijd staat. We staan tegenover elkaar. Ik open langzaam mijn armen en steek mijn handen naar haar uit. Bibberend en onzeker kijkt ze naar mijn uitgestoken armen en open handpalmen. ‘Moet ik die vastpakken of zo…?’

Met ongeloof kijkt ze me aan als ik haar vertel dat ze niks MOET.

Ze MAG het wel uitproberen om eens te ervaren hoe het voelt als ze haar handen op die van mij legt. Ze neemt de tijd en besluit met een ja om het te doen. Ze test eerst met een vinger. Wat doe ik als ze me aanraakt. Niks. En dan legt ze heel langzaam een hand op de mijne. Ze kijkt me hierbij continu onderzoekend aan. Haar ogen staan alert. Is dit wel te vertrouwen? Na een tijdje legt ze ook haar andere hand neer op mijn uitgestoken handpalm.

Minutenlang staan we zo. Geen beweging, geen woorden. Onze handen worden warmer. Ze ontspant meer en ze heeft haar ogen af en toe dicht om beter te voelen hoe dit handencontact is. Dan vraag ik haar of ze misschien een impuls heeft. Met andere woorden of haar lichaam iets zou willen doen.

‘Ja, ik heb een impuls. Maar dat ga ik echt niet doen hoor. Dat is gek. Dat heb ik nog nooit gedaan bij iemand anders dan mijn eigen man.’Wat zou je dan willen? ‘Ik wil mijn hoofd op jouw schouder leggen. Maaruh, dat kan niet. Toch? Dat mag ook niet.… Toch?’

Nooit meer blogs missen? Schrijf je hier in!
Of volg me via Facebook.

Simone Sinjorgo

Van wie mag dat niet? vraag ik.

Diepe zucht. ‘Van mijn moeder. Ze vond me altijd een jankerd. Een huilebalk. Als ik huilde, dan kreeg zo’n snelle knuffel en dan moest ik maar stoppen met huilen. Ik moest vooral niet zeuren. Sterke meisjes huilen immers niet. Ik ben op een bepaald moment gewoon maar gestopt met huilen. Ik wist lange tijd niet eens meer wat het was. Totdat we hoorden dat we nooit een gezinnetje zouden vormen. En sindsdien is de kurk eraf en kan ik niet meer stoppen.’

Ik vraag wat ze nu nodig heeft.
Wat zou je willen? Heel langzaam beweegt ze naar voren, en legt ze haar hoofd op mijn schouder. Als ik de vraag opnieuw stel, hoor ik in mijn oor: ‘Kun je me alsjeblieft ‘even een klein beetje’ vasthouden?’ Zachtjes sla ik mijn armen om haar schouders. ‘Is dit een klein beetje?’ De ontlading is compleet, ze huilt tranen met tuiten en ze kan niet meer stoppen. De tijd verstrijkt woordeloos. Na een tijd wordt haar huilen minder. Haar lichaam begint zich te ontspannen. Ze nestelt zich nog eens op een andere manier tegen mijn schouders. Opnieuw een diepe zucht en dan hoor ik haar zeggen.

‘Tjonge, wat is dit fijn. Daar knap ik van op. Ik heb ineens veel meer energie. Ik besefte me daarnet ook dat ik nooit met mijn moeder knuffelde. Ik pakte dan mijn teddybeer als ik verdrietig was. En weet je? Eigenlijk knuffelen mijn man en ik ook niet meer zoveel. Wordt tijd om daar verandering in te brengen…’

De kracht van subtiele aanraking. Dat is de kracht van lichaamswerk.
Het doet zoveel meer dan duizenden woorden. I love my job!

Sta jij open voor een knuffel?

 

 Heeft mijn verhaal je geraakt?

En voel je je vaak alleen met je verdriet? Blijf er niet mee rondlopen. Neem gerust contact met mij op. Dit geprek is gratis en geheel vrijblijvend.

Simone Sinjorgo - Praktijk de Diamant